In 2008 ondertekenden de sociale partners in het mbo en het ministerie van OCW een sectorakkoord om de aantrekkelijkheid van het beroep leraar te vergroten.
Dat akkoord is onder meer uitgewerkt in de Regeling versterking van salarismix leraren mbo in de Randstadregio’s, waarbij mbo-scholen in de Randstad jaarlijks aanvullende middelen krijgen om het aandeel docenten in LC of LD te verhogen en de werkdruk te verlagen.
In de eerste helft van 2020 heeft Oberon de regeling geëvalueerd, door deskresearch en een ronde interviews met vertegenwoordigers van bestuur en personeel van de Randstadinstellingen die onder de regeling vallen.
De aanvullende middelen, de individuele afspraken en de monitoring daarvan hebben de eerste jaren geleid tot een toename van het aandeel en aantal docenten in LC, maar (gemiddeld) niet in de mate zoals beoogd en afgesproken. Het aandeel docenten in LD is nauwelijks veranderd en in deze schaal is veelal ook niet-lesgevend personeel, zoals onderwijsmanagers of teamleiders, opgenomen. Na het stopzetten van de monitoring door OCW na 2015, is het aandeel LC-docenten gemiddeld weer afgenomen.
Er zijn flinke verschillen tussen instellingen. Sommige scholen laten zien dat het goed mogelijk is om de oorspronkelijk afspraken en doelen volledig te behalen en voeren intern een consistent strategisch personeelsbeleid met een eigen streefdoel voor de beoogde functiemix. Bij andere scholen zijn de middelen niet geoormerkt, is het aandeel LC-docenten na 2015 afgenomen en is het bewustzijn van de salarismix-regeling weggezakt. Een kwart van de middelen was bedoeld voor het verlichten van de werkdruk voor docenten, door extra functies voor docenten of instructeurs te realiseren. De specifieke inzet van dit deel van de middelen is vaak niet bekend, de effectiviteit is daarmee ook niet vast te stellen. We eindigen dan ook met aanbevelingen om de afspraken te actualiseren, zowel op landelijk als instellingsniveau.
Hier vindt u de reactie van de minister.