Samen sterk voor minder werkdruk: Onderzoek naar het werkdrukakkoord primair onderwijs

  • Werkdruk in het onderwijs is al lange tijd een belangrijk gespreksthema, zowel op de werkvloer als in de media en de politiek. In het voorjaar van 2018 sloot het kabinet een akkoord met de vakbonden en de PO-Raad om de werkdruk in het primair onderwijs te verlagen. Dit akkoord heeft als doel de werkdruk binnen scholen te verminderen en de besteding van middelen rechtmatig en effectief te laten verlopen. De middelen gaan direct naar de schoolteams, die zelf bepalen hoe ze deze inzetten. In opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft Oberon het proces en de effectiviteit van de aanpak over drie schooljaren gemonitord: van 2021-2022 t/m 2023-2024.

 

Met dit monitoronderzoek brengt Oberon in kaart hoe de ervaren werkdruk in het primair onderwijs zich heeft ontwikkeld. Daarnaast onderzochten we hoe scholen en besturen het werkdrukakkoord in de praktijk uitvoeren: welke maatregelen en oplossingen worden gekozen, hoe ontwikkelen deze zich door de jaren heen, hoe verloopt de implementatie van de maatregelen en welke effecten zijn zichtbaar?

Om deze vragen te beantwoorden, hanteerden we een combinatie van twee onderzoeksmethoden. Jaarlijks (2022, 2023, 2024) hebben we een brede enquête uitgezet onder diverse onderwijsprofessionals in het primair onderwijs, waaronder schoolleiders, leerkrachten en (onderwijs)ondersteunend personeel. Ieder jaar hebben gemiddeld 390 scholen meegewerkt aan de enquête en gemiddeld 1794 respondenten de vragenlijst ingevuld. Daarnaast voerden we jaarlijks casestudies uit ter aanvulling op de enquête. Dit deden we op 10 basisscholen waarin we schoolleiders, leerkrachten, (onderwijs)ondersteunend personeel en bestuurders interviewden om dieper inzicht te krijgen in de praktijk.

Hieronder vatten we de belangrijkste resultaten samen.

 

Hoe verloopt het proces van ontwikkeling/keuze van maatregelen ter vermindering van werkdruk op scholen?

Het werkdrukakkoord in het primair onderwijs kwam voor het veld niet uit de lucht vallen. De aandacht voor het thema werkdruk komt volgens sommige respondenten juist ook door het beschikbaar stellen van de werkdrukmiddelen en daarmee de aandacht die er vanuit de overheid en in de media is voor werkdruk.

Op veel scholen wordt regelmatig gesproken over werkdruk en de inzet van werkdrukmiddelen. De focus ligt daarbij vooral op de werkdruk van leerkrachten. Veelgenoemde oorzaken van werkdruk zijn de leerlingen met specifieke ondersteuningsbehoeften, het opstellen, uitvoeren en evalueren van groepsplannen en het ziekteverzuim onder leerkrachten.

De inzet van de werkdrukmiddelen wordt over de jaren heen steeds minder vaak door scholen geëvalueerd. Een mogelijke verklaring is dat de werkdrukmiddelen vanaf 2024 structureel onderdeel zijn van de lumpsum, waardoor (expliciete) aandacht voor werkdrukverlagende maatregelen kan zijn afgenomen.

 

Welke maatregelen implementeren scholen ter vermindering van de werkdruk?

Scholen zetten de werkdrukmiddelen voornamelijk in voor extra personeel. Vooral onderwijsassistenten en vakleerkrachten gym worden aangesteld om groepsleerkrachten te ontlasten. Daarnaast investeren scholen in professionaliseringsactiviteiten en zoeken ze steeds vaker naar oplossingen die geen extra geld kosten. Denk hierbij aan het efficiënter inrichten van vergaderingen en meer samenwerking binnen en tussen scholen om dubbel werk te voorkomen.

De meeste scholen ervaren weinig externe belemmeringen bij de keuze voor werkdrukverlagende maatregelen. Ze geven aan de middelen te kunnen inzetten zoals zij dat zelf willen, zonder beperkt te worden door bijvoorbeeld onvoldoende personeel of middelen.

 

Wat zijn de effecten van de door de scholen genomen maatregelen ter vermindering van werkdruk?

Over de jaren heen geven steeds meer onderwijsprofessionals aan dat de werkdruk op hun school (enigszins) gedaald is. Wanneer we inzoomen op de individuele werkdruk, geven leerkrachten het vaakst aan dat hun werkdruk (enigszins) gedaald is, hoewel (onderwijs)ondersteunend personeel, bestuurders en schoolleiders het vaakst aangeven dat hun werkdruk gelijk is gebleven. Dit sluit aan bij de gekozen maatregelen, die vooral gericht zijn op werkdrukverlaging voor leerkrachten en niet op ander personeel.

Naast de uitkomsten uit het huidige monitoronderzoek laten ook bevindingen uit eerder onderzoek positieve resultaten over langere tijd zien, zoals het onderzoek van Oberon naar de werkdruk in het primair onderwijs (2019 en 2020) en de cijfers uit het jaarlijks onderzoek van TNO/CBS (2009, 2014 en 2017).

Ten opzichte van 2017 (het jaar voor de invoering van het werkdrukakkoord) ervaren onderwijsprofessionals minder kwantitatieve taakeisen (hoe snel, veel en hard men ervaart te moeten werken) en minder emotionele en cognitieve belasting. Tegelijkertijd is de ervaren autonomie in het werk toegenomen. Dit kan een signaal zijn dat het werkdrukakkoord bijdraagt aan duurzame werkdrukverlaging.

 

Wat werkt: succesfactoren voor werkdrukverlaging

  • De schoolteams zijn aan zet: Onderwijsprofessionals voelen zich eigenaar over het proces, wat volgens henzelf alleen al resulteert in de afname van werkdruk. Dit lijkt bij te dragen aan de autonomie die onderwijsprofessionals ervaren.

  • Duurzame inzetbaarheid van maatregelen: Tijdelijke middelen kunnen een ‘boemerang’- effect hebben: zodra deze middelen wegvallen, kan de werkdruk weer stijgen omdat maatregelen stoppen. Nu de werkdrukmiddelen structureel onderdeel zijn geworden van de lumpsum, is de kans op duurzame verlichting van werkdruk groter.

  • Het gesprek blijven voeren: Het is belangrijk dat het gesprek op scholen gevoerd blijft worden om tot passende maatregelen te komen. Deze gesprekken lijken steeds minder vaak plaats te vinden en dus zou hier expliciet aandacht naar uit kunnen gaan. Belangrijk daarbij is af te wegen hoe er over werkdruk gesproken wordt: de term ‘werkdruk’ kan een negatief beeld creëren, waardoor men het idee heeft werkdruk te moeten ervaren. Er zou daarom meer nadruk moeten komen op ‘werkplezier’: hoe kan je gezamenlijk het werk zo inrichten dat iedereen er plezier en voldoening uithaalt?

Bekijk het rapport voor een volledig overzicht van het onderzoek en de resultaten.

 

Vervolg

Inmiddels heeft het ministerie van OCW besloten om de werkdrukmiddelen in het primair onderwijs een structureel karakter te geven, als onderdeel van de lumpsum.

Ook in het voortgezet onderwijs is werkdruk een belangrijk gespreksonderwerp en krijgt al jaren veel aandacht. In april 2022 is het Onderwijsakkoord ‘Samen voor het beste onderwijs’ afgesloten. Hierbij zijn structureel extra middelen beschikbaar gekomen voor werkdrukverlichting in het voortgezet onderwijs. Oberon monitort en onderzoekt de implementatie en effectiviteit van deze regeling in de schooljaren 2023-2024 t/m 2026-2027. Het eerste tussenrapport wordt in het voorjaar van 2025 verwacht.

Meer informatie

Oberon Profielfoto 04.1
Oberon Profielfoto 13
Oberon

Oberon is een onafhankelijk onderzoeks- en adviesbureau op het gebied van onderwijs en welzijn.

We hebben brede kennis van praktijk, beleid en wetenschap en verenigen deze werelden in onderzoek en advies. Met onze kennis en adviezen willen wij bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen, jongeren en volwassenen.

Contact

Bezoekadres
St. Jacobsstraat 12
3511 BS Utrecht

Postadres
Postbus 1423
3500 BK Utrecht

(030) 230 60 90
info@oberon.eu